Dierenmandala

Teken je een mandala uit de hand, en je kunt zien waar je zit. Links is het verleden, rechts is de toekomst. Staat je mandala meer naar links, dan ben je dus met het verleden bezig. Zijn de figuren rechts groter, dan kijk je meer naar de toekomst. Op dezelfde wijze staat de bovenkant voor dag en de onderkant voor nacht.

Dat kwam weer boven toen we een mandala maakten. De theorie is simpel. Teken een cirkel, verdeel die in taartpunten. Teken daarbinnen nog een paar cirkels. En teken daar figuren in die je in elk taartpunt herhaalt. Het gevolg: een mooie (min of meer) puntsymmetrische tekening en je hersenen weer tot rust.

Therapeutische dieren

Vandaag als extra moeilijkheid: dieren. Dat zorgde ook voor extra inspiratie. Dieren tekenen werkt therapeutisch, is mijn ervaring. Maar het kan ook heel lastig zijn. Gelukkig zijn er veel voorbeelden te vinden op Internet. Met de voorbeelden gingen we aan de slag.

Hermien was geraakt door een voorbeeld en heeft de dolfijnen ingekleurd met geel. Ze sprongen er prachtig uit in de blauwe achtergrond. Gelbrich heeft een eerder gemaakte mandala aangevuld met eenden en waterjuffers. Slimme zet, zo heb je snel een mooie grote mandala.

Liesbeth heeft zeer abstracte vogels gemaakt. Toen ze bij de lus kwam zei ze dat ze luchtiger wilde werken, met vrolijker kleuren. Nou, dat is uitstekend gelukt! Ik wilde zelf een zee-mandala. Daar kwamen de dolfijnen weer goed van pas.

Magie of…?

Waarom zit er toch zoveel magisch in mandala’s? Nou, omdat het een goede oefening is om hetzelfde figuurtje gedraaid of op z’n kop te tekenen. Dat kost zoveel concentratie dat je niet kunt piekeren of je zorgen maken. Heerlijk, ik kan het iedereen aanraden.