Keltische motieven hebben iets magisch. Zouden wij ook iet magisch krijgen als wij een Keltische knoop gingen tekenen? Of beter: zouden wij een Keltische knoop kunnen tekenen? Nou, we kwamen behoorlijk in de knoop te zitten!
Het principe van de Keltische knoop is een band die oneindig doorgaat. Er zit geen begin of einde aan. Daarom de associatie met het eeuwige leven. Daar zit die magie dus.
Een ander kenmerk is dat die band als een vlechtwerk om beurten over en onder een andere band gaat. Steeds weer over, onder, over, onder en dat tot in de eeuwigheid.
Achtje
De simpelste figuur die oneindig doorgaat is een rondje, maar daar zit geen over/onder in. In het cijfer 8 wel.
Teken je een 8 dan heb je nog geen band. Dus je moet er een lijn naast tekenen. Je ziet dan de tweede lijn aan één kant buitenom gaan en aan de andere kant binnen langs. Dat ziet er niet evenwichtig uit. Daarom moet je aan de andere kant ook een lijn trekken De oorspronkelijke 8 ligt dan in het midden. Die kun je nu uitgummen. Dan heb je een band die in het midden kruist. Daar mag je nog twee tegenover elkaar liggende lijnen weggummen. Nu heb je een band die bovenop ligt en een band die er onderdoor gaat. En die zijn met elkaar verbonden tot een oneindig doorgaande band. Voilà: de eerste Keltische knoop.
Driehoek
Een stapje moeilijker: teken een driehoek en maak ruime boogjes van de drie punten naar de andere punten. Dat zijn drie boogjes. Zorg dat de boogjes ruim om het middelpunt van de driehoek heen gaan. Dit is je hulplijn, vergelijkbaar met de 8 uit de eerste oefening. Om straks te herkennen wat de hulplijn ook weer was, kun je er ook een stippellijn van maken.
Trek nu aan beide zijden van de hulplijn weer lijnen. Probeer ze even breed te houden. Dan mag je de hulplijn weggummen. Je hebt nu een band die eeuwig doorgaat. Nu nog over en onder aangeven. Begin ergens, dat maakt niet uit, en gum op een kruising de twee overstaande lijnen weg. Op de volgende kruising gum je de twee lijnen aan de zijkant weg. En zo door: over, onder, over onder.
Let op: het gaat om de band (dus twee lijnen parallel aan elkaar) en niet om de individuele lijnen.
Leve de gum!
Nog een stapje moeilijker: trek nog wat lijnen parallel aan je driehoeksknoop. Je krijgt dan meer knopen die met elkaar verweven zijn. Hier kun je behoorlijk van in de knoop raken. Zeker als je de banden strak tegen elkaar aan zet. Wat voor de ene band over is, is voor de kruisende band altijd onder. Over, onder, over, om gek van te worden! Gelukkig hebben we een gummetje.
Tip: met wat ruimte tussen de banden is het iets makkelijker te zien wat boven en onder is.
Van deze ‘driehoek’ hebben we verschillende varianten gemaakt. Maar of ze nu helemaal kloppen?
Krakelingen en hartjes
Wie nog niet draaierig was, heeft ook nog een Keltisch band geleerd: Teken twee horizontale, parallelle lijnen en zet op de bovenste lijn op regelmatige afstand een stip. Doe dat ook op de onderste lijn, maar zorg dat die net een halve afstand versprongen is. Teken lijntjes tussen de bovenste en onderste stippen, je krijgt dan een zigzag patroon. (of allemaal V’s aan elkaar) Teken boogjes tussen de stippen: bij de bovenste stippen staande boogjes, en bij de onderste hangende boogjes. Je krijgt zo een soort krakelingen – teken dit niet als je honger hebt! Zet nu in de bovenste rij door elke tweede stip een verticaal streepje. Dat is een barrière die je niet over mag met je potlood. Maar de lijn moet eeuwig doorlopen, dus je buigt het boogje aan de linkerkant van de barrière af naar beneden links, waar je het aan de zigzag vast maakt. (dat is aan de rechter tak van de V, zeg maar). En met het boogje aan de rechterkant van de barrière doe je hetzelfde maar dan spiegelbeeldig. Zo krijg je een hartjespatroon. Dat is je hulplijn.
Vervolgens weer de lijnen aan beide kanten naast deze hulplijn aanbrengen, de hulplijn weggummen en het spelletje over en onder spelen. Door de lusjes een beetje in een punt te tekenen zien ze er nog Keltischer uit. Zou je alles in rechte lijnen met rechte hoeken tekenen, dan ziet het er Grieks of Perzisch uit.
Aan elkaar knopen
Inmiddels waren we helemaal in de ban van deze banden. Je kunt veel variëren met zo’n band. In een band zoals hierboven, kun je bijvoorbeeld ook op andere plaatsen een barrière zetten, dan krijg je weer andere knopen. En je kunt er twee boven elkaar zetten en die op regelmatige afstand aan elkaar knopen (uitdaging!). Of je kunt een band in een cirkel plaatsen.
Wie eenmaal de basisprincipes te pakken heeft kan ook vrijere figuren maken. Symmetrische figuren doen het vaak goed. En als je nou maar altijd stug over, onder, over, onder aanhoudt, kom je niet in de knoop. Toch?