Iedereen die tekent ontwikkelt op den duur een eigen stijl. Een eigen methode van tekenen. Met een eigen manier van pen vasthouden, en penvoering. Niets mis mee, maar om je te ontwikkelen is het wel eens goed om het even helemaal anders te doen. Zo kun je weer fris naar je eigen werkwijze kijken. Een hele leuke oefening is: teken eens links als je rechtshandig bent! Of rechts als je linkshandig bent, natuurlijk.
We hadden een fijne zaterdagmiddag uitgezocht in het Sint Jacobspark in Rotterdam. Vlak bij de drukte van Rotterdam Blaak en de markt is het daar ineens rustig. Er staat een mooie totempaal en ander houtsnijwerk. Dat waren dankbare onderwerp om te tekenen. We begonnen met een gewone tekening, om er even in te komen. Maar daarna was de andere hand aan de beurt.
Los laten
Als je met je andere hand tekent gaat het niet zo gecontroleerd als met je gebruikelijke hand. Je tekent niet altijd de lijn die je had bedacht. Tekenen blijkt voor een groot deel in je hoofd te zitten. Maar nu moet je dat los laten. En wat blijkt: dat gaat best. Er komen nog aardige tekeningen uit. Veel vrijer. Veel losser. Oké, ook minder goed gelijkend. Maar wel herkenbaar. En toch beter dan ons nichtje van zeven (al zeggen we het zelf).
We hoopten het losse gevoel te behouden als we weer met onze gebruikelijke hand gingen tekenen. Dat lukte de ene keer beter dan de andere. Net als gecombineerd tekenen: één tekening met stukjes links- en stukjes rechtshandig getekend. Dat werd soms een smeerboel en soms heel leuk.
Resultaat
Los van het resultaat op papier: er was ook resultaat in het hoofd. Iedereen voelde zich weer helemaal rustig en opgeladen. Het is namelijk ook een goede concentratie-oefening.